vrijdag 19 februari 2018
Kwaj van Majd
Syrisch gerecht van groenten uit de oven met platbrood
“De dag dat ik moest kiezen tussen doden en gedood worden, kwam steeds dichterbij. Ik wilde bij mijn familie blijven, maar – hoe moeilijk ze het ook vond – mijn moeder zei dat ik moest vluchten. Ik pakte mijn spaargeld en mijn moeder verkocht haar sieraden: nu kon ik gaan. En ik ging.”
Toen ik Majd [mesjt] belde en hem vroeg of hij samen wilde koken, vroeg hij me hoeveel gerechten hij zou koken. Een beetje bedremmeld antwoordde ik dat eén op zich wel genoeg was. Tijdens het interview een paar dagen later begreep ik zijn vraag beter.
“Lunch is in Syrië de belangrijkste maaltijd van de dag: de tafel staat vol met grote en kleine schalen met verschillende hoofdgerechten (ah ha!). Vlees, groenten, brood en smeersels. Er is altijd veel te kiezen. Dat alles deel je samen met familie. Een van mijn moeders lekkerste gerechten vind ik Mloukhia [mloegia], een soort dikke soep van een bladerplant, met een bittere smaak. Als ik daaraan denk, ben ik weer even bij mijn familie. Hoewel de vrouwen de keuken domineren in Syrië, moest ik het in mijn studentenhuis toch echt zelf doen. Ik leerde van mijn moeder Kwaj [kawasj] maken: gezond, makkelijk en heel lekker. Ik at het wel drie keer in de week.”
Majd [mesjt] studeerde af als biotechnical engineer aan de universiteit van Aleppo. Gedurende zijn studie namen de bombardementen in alle hevigheid toe, toch wilde Majd koste wat kost zijn studie afmaken. In 2013 verliet hij met diploma Aleppo en keerde hij terug naar Hama, naar zijn familie en hij vond een baan aan het medical lab. De reis tussen thuis en zijn werk werd met de dag stressvoller: in de bus werden regelmatig jongens van zijn leeftijd meegenomen om te vechten. Majd: “Ik zou best vechten voor de goede zaak, maar deze oorlog is zinloos. Je wordt gedwongen doelen te beschieten waarbij onschuldige burgers de dood vinden”.
Majd droomde van een toekomst in Amerika, Canada of Duitsland: de toplanden als het gaat om biotechnical engineering. Nu, de reis naar het buitenland kwam, maar met een ander doel: een veilig heenkomen vinden. Hij vond het in september 2015, na een gevaarlijke tocht van ruim twee weken, in Nederland. Half 2016 kreeg hij zijn permit en kon hij voorzichtig weer aan zijn toekomst bouwen. Nu woont hij in Amsterdam en werkt hij weer in het laboratorium. “Ik vind het hier erg fijn, maar de dag dat het veilig is om terug naar Syrië te gaan, ga ik terug. Ik mis mijn familie en mijn land.”